Opdracht volbracht voor Dimitri Peyskens in de Ronde van Vlaanderen: hij was mee in de lange ontsnapping. Onze Brabantse renner blikt terug op zijn fantastische avontuur en op wat hij ervaren heeft op de Vlaamse heuvels.
“Het doel van de ploeg was vertegenwoordigd te zijn in de vroege vlucht. Het heeft lang geduurd voor die tot stand kwam”, vertelt Dimitri Peyskens. “Quick-Step Floors wilde niemand laten vertrekken. Ze sprongen telkens mee om de ontsnappingspogingen te neutraliseren. Ik denk dat ik in het begin van de koers minstens twintig keer geprobeerd heb om uit het peloton weg te rijden. De vlucht is uiteindelijk na bijna anderhalf uur wedstrijd vertrokken. Ik was de laatste die aansloot. We hebben meteen alles gegeven.”
“Het publiek stuwt je vooruit”
De 11 koplopers reden bijna 140 kilometer voor het peloton uit. “Op de Kanarieberg kende ik een eerste moeilijk moment. Er stonden veel mensen te kijken en het is dankzij het publiek dat ik op de top van de helling in de kopgroep kon terugkeren. Op de Kwaremont kreeg ik jammer genoeg een hongerklop doordat ik te weinig gegeten en gedronken had. Op de Paterberg en de Koppenberg had ik het heel moeilijk, maar ik heb dan wat gegeten en ik ben erdoor gekomen. In dat soort wedstrijden betaal je zulke fouten cash, maar uiteindelijk was het een heel mooie dag, ook al was het loodzwaar. Het publiek ondersteunt je echt. Je hoort jezelf zelfs niet ademen op plaatsen als de Oude Kwaremont, waar er een fantastische sfeer heerst. Ik heb altijd gezegd dat Luik-Bastenaken-Luik mijn droomkoers is, maar aan de Ronde van Vlaanderen deelnemen en dan nog in de aanval rijden, is heel speciaal voor mij. Ik ben tevreden over mijn wedstrijd, ik heb gedaan wat er van mij verwacht werd, ik heb me getoond – zoals de hele ploeg trouwens, die bewezen heeft dat ze zijn plaats in dit soort topwedstrijden waard is.”
Vanaf dinsdag is Dimitri Peyskens in de Omloop van de Sarthe (3-6/04) aan de slag.
